Vierwijzer

Zondag 24 december
Vierde zondag van advent
Kleur: paars

2 Samuël 7:4-16 | Romeinen 16:25-27 | Lucas 1:26-38 | Alternatief: Filippenzen 4:4-9

“God de Heer zal hem koning maken, net zoals zijn voorvader David dat was.” Wie, zoals wij, Oude en Nieuwe Testament in één boek kunnen lezen, valt onmiddellijk het verband op tussen de lezingen uit 2 Samuël 7 en Lucas 1. God belooft David dat zijn zoon voor altijd koning zal zijn. Maar, dit is slechts een literair verband. Historisch en zeker psychologisch ligt het niet zo aan de oppervlakte. Maria kende ongetwijfeld de verhalen, de teksten en de profetieën. Maar dat dít kind, háár kind, de lijn van David zou vervolgen? Dat vraagt om een grote inspanning van denken en voelen. Of is dat nu precies geloof? Het geloof dat de Engel Gabriël prijst in de moeder van de Heer, het geloof waardoor zij de moeder van alle gelovigen geworden is.

Zondag 31 december
Kleur: rood/wit

Jesaja 61:10 – 62:3 | Galaten 3:23 – 4:7 | Lucas 2:33-40

Op de grens tussen oud en nieuw luisteren we naar het “voordat Christus kwam” (Galaten 3:23) en “we worden gered” (Galaten 4:7). Oud en nieuw komen door de Schrift in een ander daglicht te staan dan ‘weer een jaar voorbij’ of ‘de tijd verglijdt’. De wet van de tijd beheerst ons leven. We worden geboren, leven, worden oud en sterven. En sommigen sterven jong.

Paulus schrijft aan de Galaten over de wet van Mozes die hen begrenst en beheerst. Maar voor de wetten van de tijd geldt hetzelfde: nu Christus gekomen is, ziet het leven er anders uit. Want wij zijn opgenomen in de beweging van God met deze wereld, een beweging van redding. We worden gered omdat we Gods kinderen genoemd worden. En wij worden op onze beurt uitgenodigd om Hem ‘Vader’ te noemen. Abba, Vader.

Zondag 7 januari
Epifanie
Kleur: wit

Jesaja 60:1-6 | Efeziërs 3:1-12 | Matteüs 2:1-12

De wijzen, ze kwamen uit het Oosten. Het is een merkwaardige omkering die in Matteüs 2 plaatsvindt. De profetie van Jesaja lijkt het tegenovergestelde te bedoelen: de volken, ze komen naar Jeruzalem. Zíj leven in het donker, maar over Jeruzalem is het licht van de Heer opgegaan. Maar als de wijzen aankomen in Jeruzalem zijn zíj het die de ster hebben gezien, en in de Jeruzalem is het donker – men weet van niets.

Zo kun je van niets weten, wanneer het licht over je is opgegaan. De lezing op deze eerste zondag van het jaar maakt ons bescheiden. Het licht kan onder je wonen, zonder dat je het zelf door hebt. En het licht dat je dénkt te zien, is misschien het echte licht niet. Een bescheiden en hoopvol begin van een nieuw jaar.

Zondag 14 januari
Tweede zondag na Epifanie
Kleur: groen

Jesaja 62:1-5 | Romeinen 4:19-25 | Johannes 2:1-11

Het optreden van Jezus begint met overvloed. Het water dat in wijn verandert, spreekt tot de verbeelding. Maar je zou bijna vergeten om hóeveel wijn het gaat. Het is voldoende om alle feestgangers van het kleine dorp helemaal van de wereld te laten zijn. En misschien is dat ook wel waar het evangelie ons brengt.

Het evangelie brengt ons in de euforie dat het Lam van God, dat de zonde van de wereld wegdraagt, onder ons gekomen is. Dan hoort het verhaal over Jezus te beginnen met een bruiloft. Veel verhalen eindigen als de hoofdpersonen in het huwelijk treden. Het verhaal over Jezus begint ermee. Aan het begin van het jaar is er overvloedige vreugde.

Voorkant nummer 23.JPG

Editie 23 - 2023

Lees meer Bekijk pagina

Schrijf je in voor de nieuwsbrief